[Varssel/Achterhoek]

Natuurlijk is het initiatief van Herzo van der Wal een succes. Wie wil er nu geen reekalfjes redden? Een paar babyhaasjes of veldleeuweriken net uit het ei? Maar lopend een veld afspeuren naar al dit jong geluk is arbeidsintensief en de schutkleuren helpen ook al niet mee. Drie jaar geleden besloot Herzo met drones en warmtesensors te experimenteren. Inmiddels is het tijd om de kennis te delen en meer teams op te zetten. Op natuurdronenetwerk.nl heeft Herzo de eerste landelijke teams ingetekend.

Tekst: Feikje Breimer Foto: Carin Buiting

Peter Haas uit Harfsen is één van de piloten van het eerste uur. Een schokkende gebeurtenis bracht hem op het pad van Herzo. “De boer die mijn land jaarlijks maait, had tot twee keer toe een reekalfje in de messen. Hij was er kapot van en ik ook, zoiets wil je niet meemaken. Vlak nadat dit was gebeurd, lazen we over de drones met warmtesensor die Herzo gebruikt om jong wild op te sporen. Ik heb hem direct gebeld en toen hij liet zien hoe het in zijn werk gaat, was ik om. Ik heb zelf een tweedehands drone gekocht en ben gaan lessen op vliegveld Twente.”

Hij is precies het soort vrijwilliger waar Herzo er graag meer van ziet. Enthousiaste natuurliefhebbers die tijd hebben om het vliegen met een drone onder de knie te krijgen. Liefst met budget om zelf een drone aan te schaffen. Net als Carin Buiting uit Angerlo die voor haar werk al een tijd gebruik maakt van drones. “Als beheerder van vastgoed moet ik bijvoorbeeld regelmatig daken en dakgoten inspecteren. Dat is met een ladder niet te doen, hiervoor gebruik ik al langer een drone. Eerst heb ik mij online verdiept in alle regelgeving op het gebied van drones en verschillende certificaten behaald. Als natuurliefhebber wil ik graag mijn drone inzetten voor het natuurdronenetwerk.”

Kennis delen

Herzo wil samen met vrijwilligers en begeleiders, zoals vlieginstructeur Bennie Oldenhave, kennis opdoen en delen. “Waar we tegenaan lopen is dat mensen die alleen geïnteresseerd zijn in het vliegen met een drone, na hun opleiding het commerciële pad opgaan en zich betaald willen laten inzetten. We hebben echt mensen nodig die behalve het vliegen ook grote interesse hebben in het behouden van natuur. Je kunt niet zondermeer met een drone boven een veld gaan hangen. Wanneer je een natuurgebied inspecteert, volg je een vast patroon boven de grond. Je moet bovendien niet te laag gaan hangen met de drone, daarmee verstoor je het wild. Dat wil je voorkomen.” Peter knikt en vult aan. “Heel vroeg opstaan hoort er ook bij. Zo rond vijf uur ’s morgens beginnen we.” Hij herinnert zich de eerste keer toen Herzo zijn twee hectare land kwam inspecteren. “Dat was zo prachtig! In de verte de gloed van de opkomende zon, het hoge gras wuivend in de wind. De nevel die opsteeg boven de vijver. Mijn dag kon toen al niet meer stuk. Zoiets moet je als vrijwilliger vanaf maart tot en met juni een aantal keren willen meemaken.”

Vliegveld Varssel

Dankzij de begeleiding van Bennie kunnen de natuurdronepiloten hun vaardigheden oefenen met het vliegen. Midden op Vliegveld Varssel, de vaste oefenlocatie van Modelvliegclub De Hoogvliegers uit Hengelo, ligt regelmatig een groot bord met daarop de afbeelding van een ree. Op een afstand er omheen staan oranje pionnen. De dronepiloten in opleiding krijgen de opdracht van Bennie een figuur te vliegen tussen de pionnen. Of ze moeten hoog de lucht in. “Maar niet hoger dan toegestaan”, benadrukt Bennie. “Veiligheid gaat voor alles, mensen moeten leren hun weg te vinden in de lucht. Er hangen daar geen ANWB-borden natuurlijk.” “Ja, ik had die van mij pas in de peppels hangen,” geeft Carin lachend toe. “Dat is wel weer goed gekomen, maar het oefenen is heel belangrijk.”

Behalve aan piloten is er ook behoefte aan co-piloten. Je mag alleen met een drone vliegen wanneer daar een co-piloot bij aanwezig is die in noodgevallen het vliegen kan overnemen. “Dat is ook degene die het scherm van de warmtecamera in de gaten houdt. Op het scherm verschijnen cirkels op plekken in het gras met meer warmte. Is het een reekalf, of een nest jonge hazen? Die blijven liggen en kunnen door een derde vrijwilliger worden verplaatst. Maar sommige jonge vogels rennen weg van het nest, het enige dat dan werkt is er met een grote boog omheen maaien. Inmiddels zijn we al betrokken bij de ontwikkelingen van een landgoedbeheerder in de Achterhoek die kleinschalig wil kunnen maaien in het broedseizoen als dat nodig is. Dan komen wij met onze drones en voert hij op onze aanwijzing de GPS-locaties van de nesten in.” Op zijn mobiel laat Herzo foto’s zien van de warmtecamera’s, enthousiast legt hij de ontwikkelingen uit.

“De ontwikkelingen gaan nu echt snel”, vervolgt hij. “Het kan best zo zijn dat deze het vrijwilligerswerk gaat overstijgen, ecologisch natuurbeheer heeft een prijskaartje. Wanneer wij kosten in rekening gaan brengen, kunnen we meer drones aanschaffen en meer mensen opleiden. Iemand die ons hierbij zou willen helpen, is ook welkom. Op 4 maart hebben we een bijeenkomst gepland voor nieuwe vrijwilligers.”

natuurdronenetwerk.nl