[Doetinchem]
Paulus Tilma (29) is sinds juni 2021 gewijd priester in Doetinchem. In een immense Achterhoekse parochie waar de katholieke kerken één voor één gesloten worden, is de geboren Amsterdammer vol ambitie een kentering te bewerkstelligen. Niet door met een vuist op de tafel te slaan, maar door de taal van de regio te spreken, te luisteren en te adviseren, met de bijbel als immer aanwezige TomTom.
Tekst: Remko Alberink Foto’s: Roel Kleinpenning
Paulus Tilma is net verhuisd naar de pastorie van de Onze Lieve Vrouwe ten Hemelopnemingkerk aan het Pasplein in Doetinchem, en verhaalt over zijn eerste standplaats als priester, in Doetinchem. “Ik denk dat deze parochie een heel goede start voor mij is. Een parochie waar niet veel turbulentie is. Uiteindelijk heb je als priester ook niet heel veel te zeggen waar je heen gaat, dat is een besluit van de bisschop.”
Aan ambities geen gebrek. “Parochieverandering is een voornaam aandachtspunt. Concreet is dat bijvoorbeeld door een gezinszondag te willen realiseren, met bijvoorbeeld een viering, een stukje catechese en door samen te eten. Dat draagt bij aan het ontwikkelen van gemeenschapszin.”
Dit initiatief symboliseert een transitie die de katholieke kerk anno 2022 doormaakt. Tilma: “Ik denk dat we moeten veranderen van een consumentenkerk naar een geëngageerde kerk waarbij betrokkenheid van parochianen belangrijk is.”
De katholieke kerk heeft – ook in de Achterhoek – vele parochianen de kerk zien verlaten. “Ik denk dat het daarom ook noodzakelijk is om een stuk her-evangelisatie te bewerkstelligen. Ik zie het als een voorrecht om aan de opbouw van een toekomstbestendige parochie te mogen werken. Daarbij helpt dat ik hoor en weet waar de pijn van mensen zit.”

Valkuil
Tilma kent ook de valkuil van een nieuwe priester in een parochie. “Het gevaar is dat je met veel enthousiasme heel veel wilt realiseren, maar een parochie kent al een lange geschiedenis. Iets dat goed gaat, moet je niet willen veranderen.”
Waar corona voor velen qua werk een grote hobbel werd, qua verlies van baan of door thuiswerken, kwam het voor de kennismaking van Tilma met zijn nieuwe parochie niet slecht uit. “Zo heb ik er langzaam in kunnen groeien, het gewenningsproces was wat langer omdat er voor de rest heel veel zaken niet door konden gaan.”
De priester voelt het als een voorrecht om in de Maria Laetitia-parochie in Doetinchem te mogen werken. Getalsmatig had de parochie in de Achterhoek, in een gebied dat loopt van Dinxperlo en Megchelen tot Doetinchem, nog niet zo lang geleden liefst negentien kerkgebouwen. “Daarvan worden er nu nog zes gebruikt, dertien zijn er al dicht. Van die zes gaan er ook nog vier dicht. Deze kerk in Doetinchem blijft open en als we ons best doen lukt dat ook met de H.H. Petrus & Paulus-kerk aan het Kennedyplein in Ulft.”
Agenda
Zijn agenda puilt uit. Dagelijkse eucharistievieringen met uitzondering van de maandag, vergaderingen met pastoraal team of parochiebestuur, schrijven van preken, catechese-onderricht, voorbereidingswerkgroepen voor eerste communie en vormsel, uitvaarten en huisbezoeken.
Zijn vrije tijd is dus schaars. “Maar dan maak ik graag muziek, ik speel een beetje accordeon en piano. Ik zing graag, onder meer liturgische liederen en ook ben ik graag bezig met houtbewerking en modelbouw, zo heb ik de ambitie ooit een driemaster van de VOC na te bouwen. Ook heb ik hier in de Achterhoek al twee keer op de mountainbike van mijn broer een rondje gereden”, geeft de priester een klein kijkje in zijn privéleven.
Vragend naar zijn favoriete bijbelboek, komt Tilma bij Genesis uit. “Naast natuurlijk de evangelieverhalen over Jezus”, vult hij snel aan. “Maar Genesis, en dan met name de verhalen over Abraham, Isaac en Jacob. Daarin zit veel diepgang, en ook veel gemeenschapszin.”
Hier en daar een parallel, tussen het bijbelboek en de aardse werkelijkheid in de Achterhoekse parochie. Het tekent het ‘ontwikkelingswerk’ waar de sympathieke twintiger aan is begonnen. Hij is zich heel bewust van zijn taak en opdracht en onderschrijft de noodzaak van verandering. Tilma: “De kerk heeft te lang stilgestaan, in de roes van het rijke roomse leven. Maar die roes is weg, we moeten iets veranderen, anders zitten we binnenkort misschien wel in Arnhem in de kerk.”